Doorgaan naar hoofdcontent

Mikael en de leeuwenkuil

 



 

Momenteel lees ik Een Adres, de geschiedenis van de joodse onderduik van Michal Citroen. Het meest schokkende van dat boek vind ik nog wel dat de Nederlandse overheid zo braaf de Duitsers behulpzaam was bij het deporteren van de joden. De regering in ballingschap(!) had verordonneerd dat ambtenaren mee moesten werken om de nazi’s niet te provoceren en zich zo veel mogelijk aan de regels te houden. Pas in 1943 kwam er massaal verzet, maar toen waren de meeste joden al afgevoerd naar Sobibor en Auschwitz. Dat kwam omdat de Duitsers Stalingrad en Afrika verloren hadden, arbeidskrachten nodig hadden en plotseling de Nederlanders hun zonen en echtgenoten zagen afgevoerd worden naar Duitsland.

 

De regering in ballingschap besloot een wet aan te nemen waarin men geen onderscheid meer mocht maken tussen joden en niet-joden, maar ook daar wisten de brave ambtenaren wel raad mee. Joden die terugkeerden uit de kampen werden ‘gewoon’ behandeld en moesten nog belasting betalen over de jaren dat ze weg geweest waren. Verzekeringen gaven niet thuis vanwege de niet betaalde premies. En er was niemand die enige morele verantwoordelijkheid nam voor de behandeling van joden voor, tijdens en na de oorlog. Men verschool zich achter de regels. Komt u dat bekend voor?

 

Je moet altijd voorzichtig zijn met vergelijkingen met de Tweede Wereldoorlog, maar ik kan er niet omheen dat in het geval van de elfjarige Armeense, maar in Amsterdam geboren jongen Mikael men zich ook nu nog verschuilt achter regeltjes en niemand morele verantwoordelijkheid wenst te nemen. Nee, Mikael wordt geofferd aan de populistische leeuwen, alsof ook maar iemand gebaat is bij de uitzetting van de jongen. De afwijzende Raad van State heeft het over de regels en dat de jongen slachtoffer is van de beslissingen van zijn moeder, maar noem mij eens één ouder die nooit een slechte beslissing nam. Minister Faber nam braaf de massaal getekende petitie aan waarin de ondertekenaars opriepen om de jongen en zijn moeder in Nederland te laten. Maar ja, die regels hè?

 

Pardon? Faber beriep zich op de democratische spelregels en stelde dat ze niets kon doen. Twintig jaar lang heeft het tuig van de PVV de democratie lopen ondergraven en nu het hun zo uitkomt zijn ze ineens heel braaf. Lijkt het. Maar dat is niet zo. Mikael wordt geofferd aan het gepeupelte dat bloed wil zien. Dat hij maar elf jaar is en in Amsterdam geboren is doet er niet toe. Dat hij hier heeft kunnen opgroeien komt niet van zijn moeder, maar van het getreuzel en geknoei van de IND. 


Man, man, wat is dit land diep gezakt. En zal ik het eens zeggen? Ja, laat ik het zeggen: Befehl ist befehl.

 

© Lammert Voos

 

 

Reacties

  1. Destijds was het nog een regering in ballingschap. Nu zetelt het kwaad gewoon in Den Haag. En daar is wat mij betreft iedereen schuldig aan die daar voor heeft gezorgd. Met bovenaan het stuk onbenul die maar blijft roepen dat wij zo'n gaaf landje zijn. Maar wel de duivel aan de macht heeft laten ruiken.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Nick Cave en ik

  Is dit een essay? Ik weet het niet zo goed. Maar verwacht van mij geen zogenaamd intelligente analyse van zijn teksten en muziek, dat zou speculatie en interpretatie zijn en dus alleen gewichtdoenerige flauwekul. Maar laat ik eerst maar eens beginnen bij het begin.   Ergens begin jaren tachtig hoorde ik op de zolderkamer van mijn vriend Jan Drunk on the Popes Blood, een EP van een Australische band die The Birthday Party heette. Een zware bas stuwde luid krassende feedback gitaren voort, boven dit minimalistische pandemonium schreeuwde, huilde en krijste een maniakale zanger uit die luisterde naar de naam Nick Cave. Ik was verkocht. Die woede, dat was de mijne. De agressie van de band oversteeg die van de punk, ging veel dieper, was veel gevaarlijker en oncontroleerbaarder.   Dat wilde ik dus ook. Ik was ook kwaad op de wereld, op volwassenen, voelde me machteloos in een verwarrende wereld. Dus Jan hanteerde de bas, ik de gitaar en een andere vriend van ons, Peter, drumde. A

Het zal wel loslopen

  Wij wonen vlakbij een groot natuurreservaat, namelijk het Lauwersmeergebied. Naast een vogelparadijs zijn hier reeën, damherten, dassen, vossen, hazen, konijnen, diverse marterachtigen, otters en diverse soorten vlinders, waterjuffers, kleine knaagdieren en andere insecten. Een aantal van de broedvogels alhier staat op de rode lijst. En dan hebben we het nog niet eens over alle zeldzame planten, zoals orchidee en parnassia. Hoewel er een aantal hondenlosloopgebieden zijn, ligt het voor de hand dat   honden hier aangelijnd moeten.   Hoewel ik hondenliefhebber ben, ben ik ook natuurliefhebber en ik zou het dan ook niet in mijn bolle kop halen om mijn honden los te laten lopen. Zo niet De Moderne Toerist. Deze flikkert zijn afval zo van zich af, spuit insecticide tegen muggen, zich niet realiserend dat dit ook ander insecten vermoordt, parkeert camper of auto naar believen, vervuilt het viswater met lood en laat honden overal loslopen en ruimt geen stront. Hij ruimt zijn eigen stron