Doorgaan naar hoofdcontent

Lawines

Vorige week werd ik geïnterviewd door de sympathieke Vlaming Tom Pardoen voor De Morgen. (Het stuk is nog niet gepubliceerd, dus laat ik aan de veilige kant blijven) Hij vertelde dat Hotel International uit mijn boek Jericho hem sterk deed denken aan Hotel Florida uit het gelijknamige non-fictie boek van Amanda Vaill over de Spaanse burgeroorlog. Nu is nieuwsgierigheid een kostbare zaak, maar toch schafte ik me direct dat boek aan. En Orwells Hommage to Catalonia. Gelukkig had ik Hemingway’s For Whom the Bell Tolls al, anders was het nog duurder geworden.

Hotel Florida volgt een aantal koppels zoals Ernest Hemingway en Martha Gellhorn en Robert Capa en zijn geliefde Greta Taro, beiden fotografen. Die laatste komt in 1937 om aan het front. Het boek schetst een ontluisterend beeld van de Spaanse burgeroorlog. De NKVD (voorloper van de KGB) trekt stevig aan de touwtjes, de linkse facties bestrijden elkaar bijna net zo hard als ze de fascisten doen en massa-executies zijn aan de orde van de dag. Het hele beeld van een verenigd rood Europa tegen het fascisme wordt onderuitgehaald.

Hemingway blijkt een seksistische hork, maar ook dat wist ik al. Qua schrijverschap is het echter wel een briljante hork. Ik ben vreselijk, mijn nieuwsgierigheid, mijn gedachten; het zijn lawines. Ik verdiepte me in zijn leven en vond zijn schrijfregels:

          Schrijf objectief, beschrijft de details van de wereld, geen emoties;

          Breng de details van een object (of een scène) terug tot hun basiselementen;

          Benadruk naamwoorden;

          Kies actieve werkwoorden, geen passieve;

          Wees spaarzaam met adjectieven en kies zorgvuldig de meest geschikte;

          Houd zinnen kort;

          Streef grammaticale eenvoud na;

Een deel van die regels pas ik ook toe, maar ik ben natuurlijk maar een amateurtje vergeleken bij hem. En hoe verhouden deze regels zich tot de stijl van bijvoorbeeld Paustovskij, een andere literaire held van me? En moet ik niet helemaal overnieuw met het werk waar ik nu mee bezig ben: Ik ben Aizaak. Heb ik daar de moed voor? Heb ik daar de energie en de tijd voor? Een lawine aan vragen. 

 © Lammert Voos


 

 

 

 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Nick Cave en ik

  Is dit een essay? Ik weet het niet zo goed. Maar verwacht van mij geen zogenaamd intelligente analyse van zijn teksten en muziek, dat zou speculatie en interpretatie zijn en dus alleen gewichtdoenerige flauwekul. Maar laat ik eerst maar eens beginnen bij het begin.   Ergens begin jaren tachtig hoorde ik op de zolderkamer van mijn vriend Jan Drunk on the Popes Blood, een EP van een Australische band die The Birthday Party heette. Een zware bas stuwde luid krassende feedback gitaren voort, boven dit minimalistische pandemonium schreeuwde, huilde en krijste een maniakale zanger uit die luisterde naar de naam Nick Cave. Ik was verkocht. Die woede, dat was de mijne. De agressie van de band oversteeg die van de punk, ging veel dieper, was veel gevaarlijker en oncontroleerbaarder.   Dat wilde ik dus ook. Ik was ook kwaad op de wereld, op volwassenen, voelde me machteloos in een verwarrende wereld. Dus Jan hanteerde de bas, ik de gitaar en een andere vriend van ons, Peter, drumde. A

Het zal wel loslopen

  Wij wonen vlakbij een groot natuurreservaat, namelijk het Lauwersmeergebied. Naast een vogelparadijs zijn hier reeën, damherten, dassen, vossen, hazen, konijnen, diverse marterachtigen, otters en diverse soorten vlinders, waterjuffers, kleine knaagdieren en andere insecten. Een aantal van de broedvogels alhier staat op de rode lijst. En dan hebben we het nog niet eens over alle zeldzame planten, zoals orchidee en parnassia. Hoewel er een aantal hondenlosloopgebieden zijn, ligt het voor de hand dat   honden hier aangelijnd moeten.   Hoewel ik hondenliefhebber ben, ben ik ook natuurliefhebber en ik zou het dan ook niet in mijn bolle kop halen om mijn honden los te laten lopen. Zo niet De Moderne Toerist. Deze flikkert zijn afval zo van zich af, spuit insecticide tegen muggen, zich niet realiserend dat dit ook ander insecten vermoordt, parkeert camper of auto naar believen, vervuilt het viswater met lood en laat honden overal loslopen en ruimt geen stront. Hij ruimt zijn eigen stron

The importance of being Ernst

    Steeds meer van mijn verleden sterft. Los van mijn kwijnende hersencellen sneuvelen er geregeld oude vrienden. Deze week was dat Ernst Langhout, die er mede voor zorgde dat ik zanger werd. Hij en zijn toenmalige partner Arina bezaten een boerderij bij het dorp Gauw waar hijzelf met zijn new wave band The Visitor oefende. Samen vonden zij dat mijn vrienden Jan, Peter, mijn vriendin Robijn en ik een echte band moesten worden en regelden ze een optreden in het voorprogramma van Claw Boys Claw. We mochten oefenen op de boerderij met de versterkers van The Visitor en bovendien hun drummer Bertus lenen. Het succes van dat voorprogramma zorgde voor een aantal hectische jaren met als hoogtepunt het voorprogramma van de Amerikaanse hardcore band Hüsker Dü. Peter was toen al gestopt en vervangen door Robin. We bleven al die jaren oefenen op de boerderij, maar hadden inmiddels wel eigen versterkers gekocht.   In de pauzes van die oefensessies gingen we altijd brandnetelthee of oplosko